Onze kringreis naar Ieper (5 oktober 2013)
|
Groepsfoto kringleden (Ieper - ingang kathedraal) (met dank aan Carla Reynaerts) |
Geachte lezer, helaas zijn spelling en grammatica niet mijn sterkste kanten en indien mijn woorden pijn doen gelieve me hiervoor dan te verontschuldigen, ik ben Alice Nahon niet. Vroeg in de morgen begon ik aan de dag met een krant. Wat een geluk dat Bpost altijd zo goed voor ons zorgt en ik onmiddellijk de cultuurkatern kon raadplegen en dat nog voor mijn echtgenoot me om 6.30 u naar het Rufferdingeplein bracht. Er was al veel volk en uiteindelijk vertrokken we met 41 naar Ieper.
Om zeven uur hoorden we de herkenbare stem van Landenaar Albrecht Wauters op Radio 2 en na acht uur koos chauffeur Jef voor muziek uit de jaren ’50 van de vorige eeuw. Om 9.30 u lieten de twee chauffeurs ons achter aan de ingang van de kathedraal, waar Carla - de nieuwe secretaris van de Geschied- en Heemkundige Kring - een foto maakte. Voor 10 u waren we al in het Museumcafé waar een prachtige cartoontentoonstelling te zien was. ‘De Groote Oorlog in spotprenten’ met covers van tijdschriften uit de jaren vóór alles begon, prachtig van vorm en visionair van inhoud. En dan was er koffie met koekje en verkennen van de museumshop met kopen van kaarten en postzegels bij Els de Muyt, vlug schrijven naar het thuisfront en zoef, posten aan de andere kant van de markt. 10.30 u stipt waren de gidsen daar en werden we in twee groepen verdeeld.
Ik volgde Eddy Bertier die ons eerst een mondelinge historische schets gaf en duidelijk maakte dat alle ellende al in 1870 begonnen was. Het was een geschiedenisles om u tegen te zeggen. Ik kon natuurlijk niet weten dat op 28 juli 1914 Oostenrijk-Hongarije de oorlog aan Servië verklaarde. Na zijn boeiende rondleiding door een prachtig vernieuwd ‘Flanders Field Museum’, dat vooral duidelijk wil maken wat die grote oorlog gedaan heeft met de mens, stapten we tussen de marktkramers naar het restaurant ‘Old Tom’. Onmiddellijk werd de soep niet al te heet geschept. Het tapjesvlees met groentekrans en jonge aardappelen vielen duidelijk in de smaak. Na de senateurtaart met koffie begon de groep uit Landen aan een stadswandeling met gids Frank Gunst.
Volgend op het bezoek aan de prachtige kathedraal stapten we, samen met Frank, in onze bus voor het magnum opus van de reis. Over ‘De leet’, met historische uitleg, door de Elverdingestraat, voorbij de gevangenis naar Bouzinge met uitleg over ‘The gas attack’ en een eerste kerkhofbezoek met hospitaal Essex Farm, dat niet meer bestaat en waar J. McCrae, schrijver van het gedicht ‘In Flanders Fields’, ooit dokter was. Frank maakte ons duidelijk dat we in drie uur tijd onmogelijk 150 begraafplaatsen kunnen bezoeken en legde ragfijn uit waarom de Fransen een voet op Belgische grond hielden. In Langemarke bezochten we het Duits kerkhof met gedenksteen waarop het aantal 44.061 staat, er is ook een massagraf omringd met rechtopstaande gedenkstenen waarop ook een Engelse naam staat. Geen wonder dat dit graf voor speculaties zorgt. Er liggen ook de Erzatstroepen, studenten die naar het front moesten. Toen ik zag dat dit kerkhof vanuit Kassel beheerd wordt moest ik ongewild even aan de kunstmanifestatie Documenta terugdenken, een geestelijke vlucht uit dit oord vol horror en 94 eiken.
Weer in de bus vervolledigde Frank het verhaal van de Duitse bunkers en dat tot we aankwamen bij een mastodont van een industrieterrein met een stukje bewaarde Engelse loopgraven. We zijn niet alle 41 in ‘The A-frames’ gestapt, ik dus wel en ik kreeg er koude rillingen van. 17 uur voorbij, de zon ging langzaam onder over het ‘Tyne Cot’, de laatste begraafplaats die wij bezochten. Het is DE begraafplaats van NA de eerste wereldoorlog en weer legde Frank ons haarfijn uit hoe deze begraafplaats ontstaan is. De cijfers deden me duizelen en wie niet in de bus bleef kon haar of zijn oren en ogen niet geloven bij het zien van zoveel steen. Hier ligt de hele wereld vredig naast elkaar en op het graf van zoveel onbekende soldaten staat ‘Known Unto God’. Op de terugweg kwamen we nog voorbij verschillende monumenten, Canadezen hebben er een beeld geplaatst, er is een begraafplaats van Eskimo’s en Indianen, 18 % van de soldaten uit Nieuw Zeeland stierven in de Westhoek. Vier jaar geleden hebben de Schotten er een Keltisch kruis geplaatst, niet ver van pretpark Bellewaerde. We kwamen later dan voorzien aan in ‘Old Tom’ en ik moest denken aan de Zuid Afrikanen die in 1917 de oorlog moesten komen oplossen.
De Turkse ovenkoek, met kaas uit Passchendaele en een streekbier, stond klaar en in minder dan een half uur tijd waren we daar weg richting Menenpoort voor ‘The Last Post’ plechtigheid, die er elke avond om 20 uur stipt doorgaat. Voor 20.30 uur waren we weg uit Ieper richting Laânen…
(Verslag: Editfrog)